De werkverslaving

Ik werk sinds kort terug voltijds. Dat is een hele uitdaging, dat voltijds werken. Niet omdat het zo veel is maar net omdat er dan geen rem meer op hoeft te zitten. Mailtje van een collega op dinsdagavond nog snel even beantwoorden, een leuke opdracht in elkaar steken op een stille zondagnamiddag, de kindjes wat langer toelaten om TV te kijken zodat ik toch dat verslag er nog bij kan typen,… ’s nachts nadenken over hoe ik een werkprobleem de volgende dag het beste stap voor stap aanpak of over wat ik zeker niet mag vergeten om nog te vermelden als ik die ene collega tegenkom.

Ik werk graag, ik heb altijd graag gewerkt. De enige keer toen ik echt een grondige hekel had aan mijn werk was toen ik voor een paar dagen via de telefoon abonnementen diende te verkopen. Dat had dan ook niets met één van mijne vele passies te maken.

Het was dan ook logisch om terug voltijds te gaan werken, mij terug smijten, terug doen wat ik graag doe op de meest onmogelijke uren van de dag (en soms nacht). Om ongeremd er voor te gaan.

En dat ongeremde, dat is nu net het probleem. Wil ik terug naar de tijd dat ik of werkte of aan het praten was over mijn werk? Wil ik terug naar een tijd waar mijn identiteit schijnbaar samenliep met mijn werk. Schijnbaar natuurlijk, iemands identiteit hangt niet (enkel) af van wat hij/zij doet om maandelijkse inkomsten te vergaren. Wil ik terug naar een tijd dat ik wat verlopen liep wanneer er niets meer in het huishouden te doen was én ik niet kon werken?

Nee dus, dat gaat ook niet gebeuren, want nu heb ik de oprichting van de VZW die er bijkomt en de exploratie van wat ik als zelfstandige in bijberoep zou kunnen doen én deze blog. Mijn leven is inmiddels dan ook veel rijker geworden. Al blijft alles voorlopig wel in het onderwijsveld.

Vandaag had ik me voorgenomen om deze voormiddag enkel het hoogst noodzakelijke te doen en voor de rest rust te nemen. Die rust had ik wel verdiend na een aantal lange werkdagen, met zieke kinderen in huis die dan ook nog eens vooral ’s nachts mijn aandacht opeisten en die overdag het huis niet netjes hielden. Ik was moe, ik had nood aan even tijd om terug te ademen, om alles weer te kunnen overzien, om te ont stressen.         
Daar zat ik dan, in dat lege huis, bijna terug helemaal netjes, de hoogst noodzakelijke werk gerelateerde zaken af te handelen. En ik voelde me gelukkig, rustig, stressvrij, helemaal in mijn nopjes dus hield ik het niet bij het hoogst noodzakelijke. Ik werkte voort. Niet omdat het moest, niet omdat ik geen nee dierf te zeggen. Wel omdat ik het wou, ik had er zin in, het maakte me rustig en eigenlijk was het gewoon de me-time die ik nodig had. In alle rust aan mijn eigen bureau, in mijn (bijna) opgeruimd huis verder werken.

Ben ik dan werkverslaafd? Een workaholic zoals ze dat noemen? Is er dan iets mis?

Het had niets met adrenaline te maken, ik voelde geen adrenaline. Het had ook niets met mijn identiteit te maken, het was niet zo dat ik de druk voelde om te presteren en te blijven werken want wie ben ik anders als ik niet hard werk? Daar draaide het niet om. Het was zeker ook niet dat ik mij anders zou vervelen: er zitten nog genoeg ideeën in mijn hoofd en het was het perfecte weer voor een mountainbike tripje, netflixseries genoeg om nog te ontdekken ook.

Ik had er gewoon zin in. Dus wellicht is het meer werken dan dat je eigenlijk moet wel echt oké, als het je echt voldoening brengt. Het is niet oké als het blijven werken tot gevolg heeft dat je andere, essentiële, aspecten van je leven verwaarloost. Als je blijft werken omdat je jezelf, diep vanbinnen, hebt wijsgemaakt dat dit je identiteit is. Want dat is wegloopgedrag, net zoals eender welke andere verslaving. Het is ook niet oké als je constant over je eigen grenzen gaat door te blijven werken wanneer je eigenlijk rust nodig hebt, uit schrik om anders niet goed genoeg te zijn voor anderen (het geen nee durven zeggen dus).

Ondertussen is het avond en heb ik weer zin om er in te vliegen. Ik ga het zo laten want er zijn nog de kindjes die aandacht nodig hebben, mijn huwelijk dat wat quality time kan gebruiken, een huis dat nog een beetje extra nodig heeft om helemaal opgeruimd te zijn én de 1.000 andere plannen in mijn hoofd die ik toch echt ga uitvoeren (ik ben het aan mezelf verschuldigd). Al kan ik niet wachten om er morgen weer helemaal in te vliegen!